Inloggen

Omweg on the rocks Een ongelukkige samenloop van omstandigheden

Op 4 juli 2014 is onze zeildroom wreed verstoord door een ernstig incident waarbij Omweg bijna is vergaan en de opvarenden per helikopter moesten worden gered. De hele ramp verloopt volgens een klassiek scenario waarbij op zich onbeduidende toevalligheden tesamen een "chain to disaster" vormen. Als ook maar één van die toevallige factoren niet of in een andere vorm aanwezig zou zijn geweest dan had dit incident een veel betere afloop gekend.

Verslag

Ankeren
Ankeren
©
Tenerife(Bekijk op de kaart)
Omweg op een ankerplaats een week voor het incident.

Op 4 juli 2014 besluiten we onze vakantie af te sluiten met een laatste zeiltocht. We zijn al ruim drie weken op Tenerife om ons nieuw aangekochte zeiljacht "Omweg" goed te leren kennen. Alles is goed verlopen, de boot bevalt prima, en Wolfgang (de vorige eigenaar) heeft ons goed geholpen om vertrouwd te raken in de uitdagende zeilomstandigheden rond de Canarische eilanden. Het enige probleem tot dusver is dat er een scheur bij de rits is ontstaan van de zeilhoes van de boomfok, maar Wolfgang zal dat voor ons gaan repareren en heeft de zeilhoes plus lazy-jacks daartoe gedemonteerd en mee naar huis genomen.

Er staat er een stabiele wind van 20 knopen pal de smalle havenmonding uit. Het op de motor manouvreren in de compacte haven vinden we nog steeds wat spannend maar Ilona heeft de techniek al goed onder de knie en terwijl ik nog bezig ben om alle landvasten en stootwillen op te ruimen draaien we de oceaan op. Mijn ouders, die geen verstand hebben van varen laat staan zeilen, hebben een korte vakantie geboekt op Tenerife en varen voor het eerst mee. Om het voor hen niet al te spannend te maken reven we maximaal en lopen daarom in plaats van de gebruikelijke 7.5 knopen maar een snelheid van 5.5 knopen aan de wind. We gaan niet echt ergens heen en door ietwat aan de wind te varen blijven we ter hoogte van de haven, zodat we op ieder moment weer kunnen terugkeren in het geval er iemand zeeziek mocht worden.

Na anderhalf uur vinden mijn ouders het wel genoeg en we besluiten om in de buurt van de haven de zeilen te strijken. Bij het neerlaten van de fok zal ik deze keer iets meer werk hebben dan normaal, omdat de lazy-jacks die het zeil netjes moeten begeleiden zijn weggehaald waardoor het zeil zomaar over het hele voordek kan neerfladderen. Maar door pal tegen de wind in te varen en het zeil in stapjes neer te laten en met de hand te begeleiden zou het goed mogelijk moeten zijn om het zeil toch netjes op de boom te krijgen en daar vast te binden. We hebben geen haast en Ilona zal de boot met de motor tegen de wind in varen parallel aan de haven terwijl ik het 30m2 grote voorzeil zal neerlaten.

Map
De situatie op 4 juli 2014. De haveningang is door de betonning ontzettend smal, er is een smalle "zig-zag-tunnel" met boeien afgezet omdat er voor de haven een ondiep rotsachtig gebied is. Met de wind pal uit de haven is het zeilend naar binnen varen onmogelijk.

Zodra Ilona de motor wil starten blijkt dat er iets ernstig mis is. De anders altijd onmiddellijk startende motor maakt een halve slag en stopt dan met een schok. Aan de volt- en amperemeter is te zien dat de startmotor een grote stroom trekt alsof er iets is vastgelopen. Ik neem het over (alsof het de motor ook maar iets zal uitmaken wie er precies het sleuteltje omdraait) maar de motor blijft muurvast zitten. Na openen van het luik van het motorcompartiment, dat zich over de volledige lengte van de cockpit en kajuittrap uitstrekt, zie ik tot mijn verbijstering niet het vertrouwde beeld van een gele motor diep onderin het ruim maar een zwembad met olievlekken waarin gereedschapskisten en andere spullen woest rondklotsen. Wolfgang had mij verteld dat hij in de elf jaar dat hij er met zijn vrouw Barbara op woonde en de wereld ermee rondtrok nooit meer dan een paar druppels water binnen heeft gehad en dat de hele boot verder altijd kurkdroog is gebleven. Wat is hier in vredesnaam aan de hand en waarom moet ons dit nu net als nieuwe en relatief onervaren eigenaren overkomen?

Tijd om lang over de oorzaak van dit waterballet na te gaan denken hebben we niet, pal tegen de wind in de smalle havenmonding binnenvaren kan natuurlijk niet dus we moeten hier weg, overstag en weer de oceaan op. Na een geslaagde uitvoer van deze manouevre probeer ik de haven op te roepen om ze te vertellen dat we geen werkende motor meer hebben, water maken, en een sleepje nodig hebben. Waar ik al voor vreesde blijkt bewaarheid te worden: er komt geen enkel antwoord. Het verbaast me niet want San Miguel is een rustige haven waar het merendeel van het verkeer bestaat uit een gele onderzeeboot die af en aan met toeristen rondvaartjes maakt, maar die nadert de haven voornamelijk verticaal in plaats van horizontaal en dan werkt VHF niet zo goed. Ik had de afgelopen dagen al vaak gezien dat het kantoortje waar de VHF-radio staat onbemand was.

Na nog maar weer eens het motorluik opentrekken blijkt dat het waterpeil nu hoger staat dan daarnet en ik zie dat ook de elektrische bedrading onder water is verdwenen. Het water sijpelt nu ook door kieren van het motorcompartiment het woongedeelte van de boot binnen waar inmiddels de automatische lenspomp is aangeslagen. Gek genoeg is het dit geluid dat me laat voelen dat het ernst is: De boot is een gevecht begonnen tegen het water maar het is maar de vraag of de afvoer de toevoer kan bijbenen en wie als winnaar uit de strijd zal komen. Ondertussen is het me een raadsel waar al dat water vandaan komt. Voor vertrek was de ruimte nog kurkdroog en nu na anderhalf uur varen staat er minstens een kuub water in. Onderzoek naar de oorzaak betekent dat ik de gereedschapskisten en andere rondklotsende materialen eerst uit het compartiment zal moeten vissen en vervolgens in inmiddels ruim een meter diep water zal moeten gaan rondtasten; een tijdrovende procedure met onzekere uitkomst die ik midden op de oceaan zeker zou hebben uitgevoerd, maar hier zo vlak bij een haven met bootlift eigenlijk beter plan B kan zijn. Ik kan me beter focussen op plan A; het verkrijgen van een sleep terug de haven in, waarna ik alle tijd zal hebben om het probleem comfortabel op het droge te gaan onderzoeken. Ik hou het bij een heel kort onderzoek waarbij ik voornamelijk de inlaat van het koelwater van de motor onderzoek, maar daar blijkt niets mee aan de hand. Het hooggelegen wierfilter is droog dus er is geen water aan het hevelen naar de rest van het systeem daarachter. Mijn oog valt nog eens op de ondergedompelde elektrische bedrading en met een schok realiseer ik me dat de tijd dat de accu's de VHF-radio van stroom kunnen blijven voorzien wellicht zeer gelimiteerd is; wanneer die periode voorbij is wordt om hulp vragen zo goed als onmogelijk en zal ook de elektrische lenspomp ermee ophouden.

Enfin, resumerend bevinden we ons dus op een boot die water maakt waarbij de onderliggende oorzaak en dus leksnelheid onbekend zijn, een boot met een uitgevallen motor, een elektrisch systeem dat er wellicht spoedig mee op zal houden waarbij de VHF, GPS, en lenspompen eveneens uitvallen, en de dichtsbijzijnde haven is gezien de windrichting en ligging niet echt bereikbaar en is bovendien met 5.5 knopen achter ons aan het verdwijnen. We hebben mijn vader met gebrekkige gezondheid aan boord die het contact met water waarschijnlijk niet zou overleven. De situatie rechtvaardigt op zijn minst een "pan-pan" maar die wordt hier voor van alles misbruikt en hoorden we in de vorige haven dagelijks wel vijf keer over de radio. Ilona kijkt even verbaasd op als ze me "Mayday, mayday, mayday" hoort aankondigen op de radio. Ok, onmiddellijk gevaar is er op dat moment niet echt, we drijven immers nog, maar de hele situatie heeft wel de potentie om in snel tempo uit de hand te kunnen gaan lopen. Een mayday zal zeker de aandacht trekken van omringende schepen en op een of andere manier in een sleep resulteren.

De eerste keer dat we dolfijnen zien!

©

Tenerife

Een paar dagen geleden hadden we nog de grootste lol en vaarden samen met dolfijnen op de Atlantische oceaan

Tenerife Search and Rescue geeft ons antwoord. We geven onze positie en zeggen er nadrukkelijk bij (hint hint) dat dit vlak bij de haven San Miguel is. We maken water en de motor is uitgevallen, maar als we snel een sleep krijgen zal alles wel in orde komen. En ja, we hebben allemaal al zwemvesten aan. Ze kunnen ons zien op de AIS, maar ik waarschuw dat als we geen antwoord meer geven en van het AIS-scherm verdwijnen dat dit niet betekent dat we in veiligheid zijn maar dat de elektronica de geest heeft gegeven. Search and Rescue gaat aan de slag en we verwachten min of meer dat ze op een of andere manier contact zullen opnemen met de haven en van daaruit een boot op ons af laten sturen.

Er gebeurt echter niets. Ondertussen ga ik me uitleven op de manual bilge pump en probeer zodoende het water uit het motorcompartiment te pompen. Na een tijdje moet ik helaas constateren dat het waterpeil in de motorruimte niet is gedaald maar eerder lijkt te zijn gestegen. De boot ligt met de achtersteven merkbaar dieper in het water. Verder de oceaan op bevinden zich de beruchte acceleratie-zones, daar worden de golven hoger, de wind waait er harder, en de kans om een te hulp schietende boot te ontmoeten zal er bovendien kleiner zijn. We vragen ons af hoe de diepliggende boot zal reageren op hogere golven en een hogere helling door de wind. We besluiten om dat niet te gaan uitproberen maar om in plaats daarvan weer overstag te gaan richting de kust. Ondertussen begin ik me af te vragen of ik niet beter even weer op het havenkanaal om hulp zou kunnen vragen; wellicht zit er nu toevallig wel iemand in het kantoortje? Alsof SAR mijn gedachten kan lezen roept SAR ons op om te vragen of we het nog uithouden. En o ja, blijf op ons afgestemd. "Do not leave this frequency! Stay on this channel all the time! I repeat, do NOT leave this channel!".

Ondertussen blijven we maar gespannen turen naar de richting waaruit de reddingsboot zou moeten verschijnen. Tenerife is een vulkanisch eiland, gehoekt met scherpe rotsen, inhammen en uitmondingen en net ten zuiden van ons maakt de kustlijn een scherpe bocht. We vragen ons af hoe kort van te voren we de reddingsboot pas zullen kunnen zien. Ze zouden er nu toch al wel zo'n beetje moeten zijn?

Dichter bij de kust besluiten we om weer overstag te gaan richting de oceaan. Op deze manier blijven we zo'n beetje ter hoogte van de haven, niet te dicht bij de kust, en niet te ver de oceaan op. Ondertussen beginnen we na te denken over de te volgen procedure wanneer SAR eindelijk arriveert. Ze willen wellicht de passagiers evacueren en op het voordek een sleeplijn vastmaken. Op dit moment varen we echter nog met 5.5 knopen en beide zeilen gehesen. Het voorzeil kan wellicht wat problematisch worden; we moeten het nu net voor de eerste keer neerlaten zonder de inrichting die het zeil netjes zigzaggend in de hoes laat verdwijnen, en de ons beschreven proceduren waarbij we recht tegen we wind in het zeil laten zakken is bij gebrek aan een werkende motor onuitvoerbaar. Met 20 knopen zijwind is er een grote kans dat de 30m2 zeil als een fladderende hoop op het voordek zal belanden, een hoop die ieder moment weer op kan waaien en het hele voordek onbegaanbaar zal maken. Om deze puinhoop te voorkomen is er even wat tijd nodig: Ilona zal de helmstok moeten bedienen om de boot zo krap mogelijk aan de wind te varen terwijl ik in mijn eentje beide zeilen moet strijken. Maar hoeveel geduld zal SAR voor dit gedoe hebben?

We worden weer opgeroepen: "Omweg, omweg, omweg! This is Tenerife Search and Rescue. We are almost there!!!". Mooi zo, dit is duidelijk het teken dat we ons moeten gaan voorbereiden op een ontmoeting. Ik besluit dan ook dat dit een goed moment is om het voorzeil te strijken. We laten het grootzeil dan nog even staan om niet helemaal stuurloos rond te dobberen tot SAR daadwerkelijk is gearriveerd, waarna dit zeil alsnog in korte tijd kan worden gestreken.

Het strijken van de fok verloopt gemakkelijker dan gedacht. Als je maar geen haast hebt en geen ongeduldige toeschouwers die je op de vingers zitten te kijken. Omdat de zeilhoes met rits ontbreekt knoop ik het zeil met een serie touwtjes om de boom. Ilona heeft de fokkeschoot al strak getrokken en de fok en boom zullen ons niet meer in de weg zitten. Gedurende het werk aan het voorzeil heb ik regelmatig rondgekeken in de hoop de SAR-boot te zien opdoemen maar er verschijnt niets. Wat bedoelen ze hier op Tenerife met "almost there"?

Het zeilen op alleen een vol gereefd grootzeil vindt onze boot in deze omstandigheden niet zo prettig: Op de GPS zie ik dat we een grondsnelheid van slechts 0.1 knoop hebben. We maken ons er niet druk om, eigenlijk is het prima zo want het betekent dat we praktisch op de plek stilliggen en dat is voor SAR wel zo handig. De wind waait parallel aan de kust dus we kunnen nog wel even blijven dobberen. Ilona duikt naar binnen en begint paspoorten, credit cards, mobieltjes, en ander klein maar waardevol spul in een klein wit waterdicht tonnetje te proppen.

Het wachten duurt lang. Heel lang. Zelfs als je de ongedulds-factor uit de vergelijking wegstreept. Uiterst langzaam komt de kustlijn steeds iets dichterbij. Maar het tempo waarin dit gebeurt geeft aan dat het nog wel heel lang zal duren voordat we daar te dichtbij komen en SAR zou er nu toch echt bijna moeten zijn. Op een gegeven moment lijkt de kust toch wel redelijk in de buurt te komen en we worden ietwat zenuwachtig. SAR is er nog steeds niet. We proberen de boot te keren met alleen het grootzeil op maar dat lukt niet. De snelheid is laag, de boot is zwaar en voelt log aan. Resoluut en flink geirriteerd besluit ik dat we het keurig opgeborgen voorzeil dan maar weer moeten gaan hijsen. Dan moet SAR maar geduldig wachten als ze hier zijn; ik had de boel goed voorbereid maar als ze hun belofte om er bijna te zijn niet nakomen dan houdt het voor mij ook op. Ankeren is iets waar we wat terughoudend mee zijn: de rotsbodem is hier uiterst grillig, de marge tussen te diep en te ondiep is hier klein, en het anker doet niks of komt muurvast te zitten en de elektrische ankerlier kunnen we nu niet meer vertrouwen. Eenmaal het anker uitgegooid zitten we er letterlijk aan vast en is de kans groot dat SAR alleen de mensen meeneemt en de boot aan zijn lot over laat.

Omweg on the rocks
Omweg on the rocks
©
Tenerife(Bekijk op de kaart)

De kust lijkt ineens razendsnel dichterbij te komen. Er moet hier wel een of andere vreemde stroming heersen. We doen ons best om het voorzeil zo snel mogelijk aan de gang te krijgen. In alle haast slaat de fokkeschoot dubbel in de lier en Ilona krijgt er geen beweging meer in. Ik grijp een mes, snij de fokkeschoot door, en beleg het korte restant in een stopper op het voordek. Ilona probeert de boot te keren maar de wind is hier chaotisch, de boot zwaar, en onze snelheid nog steeds veel te laag om het roer goed te laten werken. "Gooi het anker uit!" roept Ilona. Ik duik naar de boeg en open de lier waarna het anker het water in ploft. De ketting ratelt door maar ik voel het anker niet de bodem raken, laat staan iets houden. Door een onzichtbare hand worden we richting de kust gesleurd en we zien tot onze schrik dat er hier overal rotspunten het water uit steken. Ik haak de safety-line van mijn ouders los van hun zwemvesten; vanaf nu is het niet meer gegarandeerd dat aan onze boot gekluisterd blijven de veiligste optie is. Aan hun ogen zie ik dat ze begrijpen wat dit loshaken betekent. Precies op dat moment zien we een oranje boot met grote snelheid de hoek omkomen.


De reddingshelikopter arriveert!

Dan ineens een harde dreun, we raken de bodem. Ik had de stille hoop dat we enigzins beheerst aan de grond zouden lopen en de boot op beide kielen zou blijven staan. Maar de golven zijn hoog en de boot wordt iedere keer opgepakt en weer neergekwakt. Het roer kraakt. Dan maakt de boot een halve slag en ligt dwars op de golven. Niet goed. We horen gesis achter ons van een grote golf en even later krijgt de zijkant van de boot de volle lading. De onderkant blijft hangen achter een rots en de boot wordt bijna plat in het water geduwd. Wanneer de golf verdwenen is richt de boot zich razendsnel op om vervolgens abrupt gestopt te worden zodra de tegenoverliggende kiel tegen de rotsbodem knalt. De mast trilt en de radarreflector valt eraf. Kan die SAR misschien even opschieten met zijn werk en ons hier vandaan slepen? Maar tot onze schrik zien we SAR afstand nemen van onze boot; wat zijn ze van plan? Ze zeggen niets dus roept Ilona ze zelf maar op en vervalt hierbij in het ons veel meer vertrouwde aviation-jargon: "SAR, Omweg, intentions please?". Als antwoord krijgen we dat ze het te gevaarlijk vinden, van de operatie afzien en voor ons een helikopter gaan regelen.


Evacuatie

We weten dat dit slecht nieuws is. Slecht nieuws voor onze Omweg die nu hier voor wie weet hoe lang in deze verwoestende omstandigheden moet blijven, en slecht nieuws voor ons want nu moeten we gaan wachten op een helikopter die wellicht net zo traag is als de SAR-boot. De klappen worden steeds harder en Ilona en ik sluiten mijn ouders op tussen onszelf en de kajuit. Dit houden we niet lang vol. Na elke golf wanneer de boot weer met een harde klap op de rotsen terugvalt zie ik dat de bodem hier ondiep is, zo ondiep dat je er gemakkelijk kunt staan. Vlakbij steekt een grote rots uit het water en daarachter ligt de kust waar inmiddels een hoop mensen staan die allerlei onduidelijks gebaren. Ik analyseer de beweging van de boot, de afstand tussen de golven, en de tijd die er over is. Ilona ziet wat ik van plan ben en zegt "Doe je schoenen aan!", iets dat ik inderdaad aan het vergeten was. Op precies het goede moment race ik het zwemtrapje af en probeer zo ver mogelijk weg te komen om niet de boot over me heen te krijgen. Tussen twee rotspunten door treft een golf me en sleurt me met grote kracht een paar meter richting de kust. Mijn plan was eigenlijk om een route te vinden waarmee ik mijn ouders een voor een van de boot zou kunnen krijgen maar ik heb mijn handen vol aan alleen maar mijzelf, dus dit is duidelijk geen optie. Ik zwem naar een grote rots en klim erop. Een van de omstanders springt in het water en zwemt, in de schaduw van de golven, naar "mijn" rots. Hij vraagt of alles OK is en naar mijzelf kijkend begrijp ik pas zijn vraag want op een aantal plaatsen druipt er niet alleen zeewater van me af maar ook bloed. Ik heb er niets van gevoeld maar ik heb overal krassen op mijn lijf, en ergens in mijn linker bovenbeen voel ik een doffe pijn.

Ilona roept SAR weer op maar die stelt dat iedereen beter op de boot kan blijven. Het vliegveld ligt hier vlakbij en het wachten op de helikopter duurt gelukkig niet al te lang. Eerst wordt mijn vader van boord gehesen, daarna mijn moeder en als laatste Ilona. De procedure ziet er gevaarlijk uit, een apenvuist knalt rakelings tussen mijn ouders dwars door de sprayhood naar binnen. De helikopter moet het eruittrekken van de mensen precies timen zodat ze niet onderweg naar boven geraakt worden door de woest heen en weer zwaaiende mast en verstaging. Ondertussen heb ik mijn rotseiland moeten verlaten omdat Omweg dichterbij is gekomen en de mast de rots wel eens zou kunnen raken.

Herenigingen

Even later is de helikopter verdwenen en de SAR boot verdwijnt ook. Hoe gaan ze nu onze boot redden? Twee politiemensen doemen op tussen de omstanders. In gebrekkig Engels vragen ze of ik de eigenaar ben, en vragen mij om even mee te lopen naar de auto om gegevens in te vullen. Wanneer dit klaar is willen ze me naar het vliegveld brengen om me te herenigen met mijn familie. Ik vraag wie er dan achterblijft om de boot te beschermen maar krijg wat Spaans gebrabbel als antwoord waar ik niets van begrijp. Ik doe maar wat me gevraagd wordt en stap in de auto. Even later op het vliegveld openen ze de autodeur en zeggen "Bye". Wat nou "Bye", hoezo "Bye"? Ik vraag ze waar mijn familie dan is en krijg als antwoord dat ze dat ook niet weten maar dat ze hier vast wel ergens zijn. Ik maak ze duidelijk dat ik geen mobieltje, geen geld, helemaal niets heb, geen contact met ze kan opnemen, niet eens meer het vliegveld kan verlaten, maar het maakt ze niets uit en even later sta ik, nog steeds nadruipend en met lege zakken, de politieauto na te kijken. Ik ontdek dat ik mijn zwemvest nog steeds omheb en doe het nu maar af voor ik de terminal binnen loop. Even later ontdek ik twee politieagenten en snel op ze af. Ze kijken me argwanend aan, begrijpen nauwelijks Engels, kijken naar mijn natte broek en verwijzen me naar "second door on the left side" zonder de moeite te nemen me te begeleiden. Ik loop in de aangewezen richting maar de tweede deur blijkt de deur van het toilet te zijn... Als ik omkijk zijn de agenten in de mensenmassa verdwenen.

Gelukkig zie ik even later mijn ouders en Ilona, allen gehuld in een komisch uitziend blauw pakje, rondzoeken op het vliegveld. Na de hereniging gaan we terug naar het kantoortje van de politie en reddingsdienst. De helikopter-evacuees hebben mogen douchen en kregen allen een noodkostuum. Op het kantoortje wordt ons duidelijk gemaakt dat ze niets doen voor onze boot. "We rescue people, not properties" zeggen ze. Er wordt geïnformeerd naar onze paspoorten maar ik hoor nu pas dat Ilona het witte tonnetje niet mee mocht nemen. De reddingswerker die als laatste van boord zou gaan zou het meenemen, maar op het laatste moment ging de boot bijna plat en is hij overboord gesprongen en heeft het tonnetje achtergelaten. Fijn. We hebben dus geen paspoorten meer, nog maar een klein bedrag aan contant geld, geen mobieltjes, geen sleutels, niets. Het consulaat wordt gebeld maar die kunnen wel nooddocumenten verstrekken maar geen geld. We wijzen de agent er voortdurend op dat al deze problemen zijn opgelost als dat witte tonnetje even van boord wordt gehaald. Uiteindelijk wordt er wat heen-en-weer gebeld maar de agent lijkt onverbiddelijk: "Nobody is going there. Too dangerous." En of we maar even naar een ander politieburea willen gaan om daar opnieuw het hele verhaal te gaan vertellen en aangifte te doen.

Ilona en ik vinden echter dat het welletjes is geweest. Genoeg geleuterd met instanties die alleen maar formulieren invullen en verder niets doen. We zijn niet van plan om naar het andere politieburea te gaan maar willen terug naar onze boot. Van het overgebleven geld kunnen we net twee taxi's betalen; eentje om mijn ouders naar hun hotel te brengen, de andere om onze boot te gaan zoeken. De taxi-chauffeur probeert zo dicht mogelijk bij de aangewezen plek te komen maar wegen zijn hier schaars. De nacht valt hier razendsnel in en het begint al donker te worden. We rennen een golfbaan over en klauteren over de rotsen. We zijn bang voor wat we zullen aantreffen. Ineens zien we onze Omweg tussen de rotsen staan. Het is laag water aan het worden en de boot staat rechtop op zijn beide kielen en ziet er op het eerste gezicht redelijk ongehavend uit. Omstanders vertellen dat er al twee zonnepanelen zijn gestolen en dat ze voor ons de wacht hebben gehouden. Aan de andere kant van de boot schijnt een gat te zijn ontstaan. In het donker is het moeilijk te zien. Ik kan, even het goede moment afwachtend tussen de golvend door, gewoon naar de boot wandelen, het trapje uitklappen en aan boord klimmen. Het witte tonnetje ligt er gelukkig nog steeds en triomfantelijk hou ik het omhoog zodat Ilona het kan zien. Wat nou "too dangerous"!

De berging

Tussen de omstanders bevinden zich twee mannen die voortreffelijk Engels spreken. Mike en Rick zijn zeilers die op een of andere manier op Tenerife zijn blijven plakken en verdienen de kost met het verrichten van werkzaamheden in de haven. Wat ze vertellen is allemaal slecht nieuws: Er zijn geen bergingsbedrijven op Tenerife, autoriteiten zijn hier uiterst laks en zullen niets voor je doen en de lokale bevolking zal de boot beginnen te strippen zodra ze wordt achtergelaten. Als we hier vanacht weggaan ligt er morgen alleen nog maar een kaalgestript karkas. Na alle belevenissen van vandaag zijn we wel toe aan een comfortabel hotelbed maar we zullen onze nacht dus op de rotsen moeten doorbrengen. Nu het nog laag water is hebben we eigenlijk geen tijd te verliezen: Alles wat we kunnen redden uit de boot en wat we nodig kunnen hebben zullen we nu eruit moeten halen. Koortsachtig gaan we aan de slag. Gelukkig werkt de binnenverlichting nog. Binnen in de boot is het echter een chaos. Alles is nat en alle spullen zijn radicaal van plaats verwisseld. Het toilet blijkt een verzamelplaats geworden te zijn; de deur kunnen we nauwelijks openkrijgen. Het duurt even voor we begrijpen dat de deur als een fuik heeft gewerkt; steeds openend om spullen binnen te laten en dan vervolgens weer dichtklappend als de boot de andere kant op helde. Op het toilet vinden we de vreemdste spullen terug.

Tussen de bedrijven door vertellen Mike en Rick dat ze wat ideeën hebben om de boot te bergen. Rick is yacht-engineer en zegt het lek provisorisch te kunnen dichten. In de haven ligt een duwboot die gebruikt wordt om de tanker met vliegtuigbrandstof voor het vliegveld op zijn plek te duwen. De bootlift kan vrij gemaakt worden. Met deze ingrediënten moet er toch iets geregeld kunnen worden. Morgenochtend hebben ze om 7 uur een klus maar dan is het toch hoogwater, om 10 uur zijn ze vrij en moet de boot, als ze dan nog niet is vergaan, lekvrij gemaakt worden tijdens het volgende laagwater. Bij het volgende hoogtij zou de boot er dan uit moeten worden gesleept. Wolfgang, de vorige eigenaar en bouwer van Omweg, is "yacht-technician" en zou wellicht een goede bijdrage kunnen leveren in dit plan bedenk ik me. Ik heb echter vreselijk veel tegenzin om die lieve mensen te moeten gaan vertellen dat de boot waar ze 7 jaar aan hebben gebouwd en 11 jaar op hebben gewoond nu op de rotsen ligt, maar omdat we morgen toch al een etentje met ze gepland hebben kom ik er sowieso niet lang onderuit. Wanneer ze opnemen hoor ik aan de achtergrond geluiden dat ze ergens op een feestje of zoiets zijn. Ik vertel teneergeslagen het hele verhaal en dat er voor morgen een vaag reddingsplan ligt. Uiteraard wil Wolfgang daar morgenmiddag bij zijn.

We sjouwen af en aan met spullen tot de boot weer begint te bewegen omdat ze door het rijzende water wordt opgetild. Van de natte kussens maken we een soort bed in een soort kom tussen de scherpe rotsen waarbij we de minst natte kussens bovenop leggen. Hier zullen we het mee moeten doen. Er komt wat volk langs dat met lampen de boot bekijkt en niets tegen ons zegt, maar wanneer uit al onze voorbereidingen duidelijk wordt dat we van plan zijn om hier de nacht door te brengen druipen ze teleurgesteld af. Om 2 uur 's nachts nemen we afscheid van Rick en Mike die nog even willen slapen voor ze om 7 uur op de werf een klus hebben, en ook Ineke en Julie die ons zo lief van dekens hebben voorzien gaan nu naar hun eigen bed.

De volgende ochtend
De volgende ochtend
©
Tenerife(Bekijk op de kaart)
Hier moesten we de nacht doorbrengen om Omweg te bewaken
Tien minuten later gaat de telefoon. Wolfgang vraagt waar de boot precies ligt want ze kunnen hem niet vinden! Barbara en Wolfgang hebben kennelijk besloten hun feestje af te breken en samen met ons de nacht door te brengen op de rotsen. Even later klauteren ze ons tegemoet met een grote schaal pizza, gevulde thermosflessen en andere welkome zaken in de hand. We weten niet goed wat we moeten zeggen. Aan hun ogen is te zien dat het ze pijn doet om "hun" boot in deze omstandigheden aan te treffen. Wanneer het langzaam hoog water wordt begint de boot steeds meer te bewegen. Met iedere golf wordt ze opgetild om daarna met een doffe dreun die uit de rotsen te voelen is weer terug te vallen op de bodem. Bij iedere dreun hoor je de mast en andere zaken klapperen. Iedere klap doet ons pijn maar we kunnen er niets tegen doen. We beredeneren dat het gat in de romp nu een goed ding is, het voorkomt dat de boot teveel gaat drijven en dwars op de golven komt te liggen. Na het vertellen van ons verhaal vindt Wolfgang gelukkig dat we goede beslissingen hebben genomen met de kennis en verwachtingen die we op de bewuste momenten hadden. We zitten nog helemaal in het rollenspel waarbij we voortdurend bedenken wat we beter hadden kunnen doen, maar het wordt ons nu pas duidelijk dat we ook veel beslissingen hadden kunnen nemen die tot een fatale afloop voor de bemanning had kunnen leiden. Stilzwijgend en roulerend over het meest comfortabele "bed" brengen we de rest van de nacht door.

In de ochtend wordt er veel gebeld. De autosleutel van onze huurauto is zoek, maar de verhuurmaatschappij zegt geen reservesleutel te hebben en de auto met een oplegger te willen ophalen. We moeten 50 Euro betalen voor de sleutel en we zullen de factuur van het bergingsbedrijf moeten voldoen. We bellen met de verzekering. In de polisvoorwaarden menen we ons te herinneren dat we niets mogen ondernemen zonder toestemming van de verzekering, maar ook dat we de plicht hebben om verdere schade zo goed mogelijk te voorkomen. Willen ze nu wel of niet dat we een of andere bergingspoging gaan ondernemen? De verzekering kiest voor het laatste maar wil graag de naam van het bergingsbedrijf weten. Uiteraard zijn ze minder enthousiast als ze vernemen dat er geen bergingsbedrijf is maar een samenraapsel van wat goedwillende individuen. Mike en Rick blijken er even later een paar duizend Euro per persoon voor te willen hebben. Het is riskant werk, ze moeten ook de sleepboot en dergelijke van betalen, de materialen om het gat te dichten, en als de boot zinkt in de haveningang of zo dan komen ze achter de tralies terecht omdat ze geen bergingsbevoegdheid hebben. Ik besluit dat het aan de verzekering is om te bepalen wat ze willen. Ze vinden het goed maar willen wel een officiële factuur hebben. En die kunnen Mike en Rick niet leveren omdat ze geen bedrijf hebben. Ze gaan op zoek naar een derde persoon met bedrijf, maar die wil er dan voor zichzelf 2000 Euro voor hebben. En nee, dit alles niet op basis van "no cure no pay" want als dingen mis gaan hebben ze de onkosten toch moeten maken. Ik geloof al lang niet meer in het hele project maar tot mijn verassing gaat de verzekering accoord. Mike en Rick vertrekken om inkopen te gaan doen. Wanneer ze terugkomen brengen ze tassen vol met PUR-schuim, een aluminium plaat, popnagels, boormachine en allerlei wrakhout waar de spijkers nog uitsteken. Het is inmiddels laag water en de heren gaan aan het werk. Ondertussen belt de verzekering weer en vertelt dat ze een surveyor sturen, iemand die de schade kan beoordelen en bij de berging aanwezig wil zijn. Ik weet even niet of ik er blij mee moet zijn.

Noodreparatie
Noodreparatie
©
Tenerife(Bekijk op de kaart)
Bij laagtij wordt het lek door Mike en Rick middels een noodreparatie afgedicht met behulp van PUR-schuim, plaatmateriaal en stukken hout

Terwijl de boot wordt "gerepareerd" gaan Wolfgang en ik aan het werk om de boot sleepklaar te maken. De boom van de fok hangt in het water en is met een staalkabel onder een kikker geschoten en is met geen mogelijkheid meer los te krijgen. Ik knip de 1 cm dikke staalkabel door en hijs de boom met behulp van een val aan dek. Wolfgang opent het accu-compartiment en de accu's blijken onder water te staan. Vreemde kleurtaferelen spelen zich af rond de accupolen en ik ruik chloorgas, afkomstig van de ontbinding van het zeezout. Ik zeg Wolfgang om het deksel weer snel te sluiten en de boel verder met rust te laten. Wonderlijk genoeg werkt de lenspomp nog steeds, en ik schakel de windgenerator in om de accu's zoveel mogelijk bij te laden. Alle zware spullen moeten zoveel mogelijk van boord. In het motorcompartiment is inmiddels ook een lek ontstaan, er steekt een rots door de 8mm dikke bodemplaat en daar is niet zo gemakkelijk iets aan te doen. We vullen de motorruimte zoveel mogelijk met lege jerrycans, stootwillen en ander licht spul zodat er zo min mogelijk ruimte voor water overblijft. Door de sterke stroming is het transport van spullen van de boot naar de kant erg lastig. Ik laat de duikflessen afblazen want als zo'n met 200 bar gevulde fles tegen de rotsen kwakt dan heb je een aardige bom. Tussen de bedrijven door besluit ik om eens op het toilet te gaan zoeken naar de sleutel van de huurauto. Op het toilet zijn de wonderlijkste dingen al teruggevonden dus wellicht is de sleutel daar ook terechtgekomen. Even later vind ik hem daar inderdaad onder een vloerplaat. Weer een overwinning.

Ondertussen is de surveyor gearriveerd. Het blijkt een oude, alleraardigste man te zijn. Hij vraagt wat voor boot er gebruikt gaat worden voor de sleep en wanneer ik hem vertel dat het een duwboot is springt hij enthousiast op en neer: "Excellent! Excellent! This is exactly what we need! They have a large slow rotating propellor" Ik krijg langzamerhand weer wat meer vertrouwen in de procedure. De vraag ontstaat hoe we straks bij hoogtij een sleeplijn aan de boot gaan bevestigen. De boot is dan nagenoeg onbereikbaar en een levensgevaarlijke plek om op te zijn. We besluiten om nu alvast een speciale drijvende lijn vast te maken, die zo ver mogelijk uit te brengen, en daar te ankeren met iets zwaars. We gaan op zoek naar iets zwaars en offeren de loodgordels van onze duikuitrusting op.

Gedurende de dag zijn we met van alles bezig. Voorbereidingen op de boot, antwoorden van telefoontjes, praten met de surveyor, het redden van spullen uit de boot, enzovoorts. Mijn kleren zijn permanent doorweekt, want al drogen ze snel in dit klimaat, er is elke keer wel weer een reden om iets door het water te transporteren of iets bij de boot te doen. Op de rotsen is een heel mierenspoor ontstaan van voor mij onbekende mensen die ongevraagd met onze spullen rondslepen richting het busje van Mike dat 100 meter verderop geparkeerd staat. Ik vraag me eerlijk gezegd wel even af hoeveel spullen het busje daadwerkelijk halen maar als ik evenlater mijn schoenen zie staan waar mijn mobiele telefoon prominent uitsteekt krijg ik meer hoop dat het wel zal meevallen en iedereen hier gewoon echt vol goede bedoelingen meehelpt.


Laatste minuut van de uitsleep!

Het getij is weer aan het rijzen. Het wordt tijd om de boot te verlaten, misschien wel voorgoed. Aan Wolfgang de eer om de kajuitdeur nog eens voor de laatste keer te sluiten. Nu is het wachten geblazen. Lang, tergend wachten. Nu het gat in de romp is gedicht loopt er geen water meer in de boot en is ze veel "levendiger". Opgewonden wipt ze op en neer alsof ze weet dat er wat gaat gebeuren. We vinden dat de sleepboot nu moet komen om bij ieder sprongetje de boot verder richting zee te trekken. De sleepboot komt maar krijgt er geen beweging in. Ineens vaart de sleepboot weer weg. Teleurgesteld blijft iedereen achter. We racen naar de haven om te vragen wat er aan de hand is. De kapitein van de sleepboot vindt het allemaal waanzin en wil uitsluitend komen wanneer het getij op zijn hoogst is en dat is pas over twee uur. We argumenteren dat de boot dan al lang op zijn kant ligt, volgelopen is met water, maar de kapitein is onverbiddelijk. Teleurgesteld gaan we terug. De boot drijft nu het grootste deel van de tijd, is inmiddels gedraaid en ligt dwars op de golven. Het ziet er slecht uit. De surveyor belt met de verzekering en zegt dat ze geen cent moeten gaan betalen voor deze wanvertoning als de boel mislukt. Na eindeloos wachten komt dan eindelijk een speedboat gevolgd door de sleepboot. De speedboat laveert behendig tussen de branding en overal uitstekende rotspunten door. Er wordt geprobeerd om de drijflijn te pakken te krijgen met een stok maar het mislukt. Dan springt er iemand met masker en snorkel overboord en zwemt door de branding, onder golven door duikend, en vist de lijn op. Nu moet de lijn aan de sleeptros van de sleepboot worden vastgemaakt. De poging mislukt en beide kabels moeten opnieuw worden opgevist. De spanning is te snijden. Wanneer de kabels weer zijn opgevist en aan elkaar zitten geeft de sleepboot gas. Tot onze ontzetting zien we vanaf onze hoge positie dat de lijn om een uitstekende rots loopt. Als de boot nu door blijft trekken breekt de kabel! Gelukkig ontdekken ze op tijd dat er wat aan de hand is en staken de poging. De plek is onbereikbaar voor boten en iemand uit de speedboat zet het masker en snorkel weer op. Behendig zwemt hij tussen de branding door en probeert bij de rots te komen zonder erop te worden gekwakt. Wanneer dit eindelijk is gelukt blijft de kabel aan de volgende rots hangen. Het hele ritueel herhaalt zich een stuk of vijf keer en we verwachten ieder moment dat de poging wordt opgegeven, de kabel knapt of Omweg er definitief de brui aan geeft. Uiteindelijk ligt de kabel strak en kan de sleepboot trekken. Omweg blijft echter achter de rotsen haken en is er onmogelijk uit te slepen. Bij iedere golf gaat ze bijna plat en dit is het moment waarop de sleepboot extra gas geeft waardoor de ze nog platter in het water wordt getrokken. Er ontstaan rafels in de sleeplijn en we zien ze ronddraaien wanneer de kabel wordt gespannen. Centimeter voor centimeter komt er beweging in de zaak maar telkens is er weer een nieuw rotsblok dat de weg versperd. En iedere keer zien we nieuwe schade ontstaan. Er komen meer deuken in de boot, de propellerschacht is nu ook al verbogen, de zwemladder blijft ineens achter een rots haken en knalt eraf. Tijdens het hellen zien we dat de bakboordkiel nu nagenoeg volledig aan flarden is. Het is duidelijk dat als de boot al waterdicht zou zijn geweest voor de reddingspoging dat dit nu zeker niet meer het geval zal zijn. Iedereen duimt dat de sleepkabel het houdt, de spanning is te snijden. Ineens glijdt de boot een stuk het water in. Er volgt nog een botsing met een rotsblok maar daarna is ze eindelijk vrij! De sleepboot gaat met vol gas richting de haven. De tocht duurt ongeveer een kwartier, zolang moet Omweg blijven drijven. Omweg is echter stuurloos. Het roer is eraf, de kielen zijn verbogen, een van de kielen is het lood verloren dus ze hangt vervaarlijk schuin in het water. Ze maakt steeds een haakse bocht naar stuurboord, wordt dan bijna onder water getrokken, en draait daarna met een ruk weer bij. We kijken maar heel even want de afstand over het water is korter dan over de weg en we willen het liefst bij de haven zijn als Omweg daar aankomt.

Rick toont noodreparatie
Rick toont noodreparatie
©
Marina San Miguel(Bekijk op de kaart)
Rick bij zijn noodreparatie die de berging mogelijk maakte

Wanneer we aankomen bij de haven ligt Omweg al min of meer boven de bootlift. Bij het inkorten van de sleepkabel bij de haveningang was ze bijna gezonken en op weg naar de bootlift heeft ze plotseling een haakse bocht geslagen en bijna een luxe motorjacht geramd. Ze ligt heel diep in het water en hangt zo schuin dat de mast tegen de bootlift blijft steken. Koortsachtig wordt er aan touwen getrokken om de boot zo recht mogelijk te krijgen. De bootlift trekt stukje bij beetje de lussen aan. Langzaam richt Omweg zich op en komt omhoog. Aan bakboord is ze nagenoeg ongehavend maar de schade aan stuurboord is groot. Er zitten meerdere lekken in waar het water nu met grote stralen uitstroomt, om nog maar niet te spreken over de vele deuken en krassen. De kielen en roer zijn in aluminiumschroot veranderd. Iedereen is blij en enthousiast dat de berging is gelukt en de boot op het droge ligt, maar voor Ilona en mij staat het huilen nader dan het lachen. Het is op dit moment dat we horen dat er op "onze plek" al meerdere jachten zijn vergaan; er staat een verradelijke stroming en de wind maakt er op die plek een rare wending. Alles dat stuurloos is in de omgeving wordt naar dat rotsenveld getrokken. We horen ook waarom niemand ons dat eerder op de dag al heeft verteld: ons jacht is namelijk het eerste jacht dat geborgen kon worden, alle voorgangers zijn er vergaan en kregen alsof dat nog niet erg genoeg was een boete voor de "pollution". Een polyester jacht dat ons voorging was na een paar uur al een hele zijkant kwijt en de volgende ochtend vonden ze alleen nog maar het motorblok. Iedereen bewondert onze Reinke en de Duitse degelijkheid waarmee ze is gebouwd.

De dagen daarna

Wanneer we de volgende dag terug willen om het verloren lood, anker en andere zaken op te halen, horen we dat het niet meer hoeft. Direct nadat Omweg was weggesleept is de zee door jutters vakkundig leeggeroofd...

Behalve het terugzoeken van verloren zaken is er voor ons ontzettend veel werk te verzetten, het is binnen in Omweg werkelijk een chaos, alles is doorweekt en ligt doorelkaar. De verzekering neemt meermaals contact op om te zeggen dat het onze plicht is om verdere schade te voorkomen. Dat betekent dat we de motor moeten doorspoelen, eerst met drinkwater om het zout eruit te krijgen en daarna met olie om het water eruit te krijgen. De bekleding en kussens beginnen naar te ruiken en moeten snel worden gedroogd. Maar eerst moet het zout eruit want anders worden ze nooit meer droog. Er staat water in alle volgeladen kastjes, lades, en allerlei andere holle ruimten; alles moet worden leeggehaald en daarna worden gespoeld. De verzekering eist een rapportage, maar beide veronderstelde waterbestendige laptops geven niet meer thuis.

Van de plaatselijke duikinstructeur mogen we de grote spoelbak lenen die normaal wordt gebruikt voor het uitspoelen van duikpakken. We eten een paar keer bij Ineke, een Nederlandse vrouw die ooit samen met haar man de wereld rondzeilde in haar 30 ton stalen ketch, maar na het overlijden van haar man nu op Tenerife is blijven liggen en de boot zo goed mogelijk probeert te onderhouden. Ze ontvangt ons hartelijk en staat voortdurend voor ons klaar. We mogen slapen op de Malisi, een luxe high performance catamaran die normaal gesproken betalende passagiers vervoert maar op dat moment voor onderhoud stilligt. Iedere hut heeft zijn eigen douche met warm en koud stromend water en elektrisch toilet. Het is heel luxe (we zien later op internet dat je voor 2 personen per week 8.500 Euro moet neertellen voor een verblijf op de Malisi) maar we missen onze knusse Omweg enorm.

De oorzaak

Hoewel er veel factoren meespeelden die uiteindelijk tot de schipbreuk hebben geleid is de hoofdoorzaak natuurlijk het lek in het motorcompartiment. Door dit lek is de motor onklaar geraakt (zoals later is gebleken toen ik de verstuivers uit het motorblok draaide, de motor water uitspuugde en daarna weer met de hand kon worden doorgedraaid) en door dit lek kon er niet meer normaal doorgevaren worden.

Achteraf is er natuurlijk niets meer met zekerheid te zeggen. Er zit nu natuurlijk een gat in de romp en leidingen zijn beschadigd dus er zijn nu meerdere redenen waarom het binnen niet meer droog blijft. Toch zijn er wel wat aanwijzingen wat er in eerste instantie waarschijnlijk is gebeurd, en wat er waarschijnlijk niet is gebeurd.

  • Een gat in de romp is uiterst onwaarschijnlijk. Het enige gat in de romp van de machinekamer was duidelijk veroorzaakt door een rots die er nog doorheen stak. Bij het varen hebben we niets geraakt, althans niets dat zo zwaar en sterk is dat het een gat in 8mm dik aluminium kan hebben veroorzaakt. We zouden dan beslist hebben gemerkt dat we iets raakten. En bovendien bevond het gat zich achter in de boot, niet de meest voor de hand liggende plek voor een gat ten gevolge van een aanvaring met een voorwerp.
  • De schroefas zat er na het incident nog in, dus dat kan nooit hard hebben gelekt, als het al lekte.
  • De uitlaat van de motor leek intact. Bovendien steeg het waterpeil ondanks het feit dat de motor uitstond.
  • We hebben geconstateerd dat de inlaat van de watermaker was afgebroken. Dit kan de oorzaak zijn geweest maar kan ook later zijn ontstaan toen gereedschapskisten rondklotsten in het water en mogelijk tegen de watermaker zijn geknald. Het is echter het meest waarschijnlijke scenario. In eerste instantie konden we het niet geloven dat een 6mm buisje zoveel water kan veroorzaken, maar later ontdekte ik dat wanneer dit buisje is afgebroken de watermaker ook water kan terughevelen door het onstane gat via zijn eigen waterafvoer die net boven de waterlijn zit. Die waterafvoer zit welliswaar boven de waterlijn, maar is wellicht tijdens het zeilen door de helling onder water geraakt en toen de boot eenmaal door het water zwaar genoeg was geworden permanent onder de waterlijn terecht gekomen. En dan zijn er ineens twee waterbronnen die samenwerken. Waarom de leiding van de watermaker is geknapt is onduidelijk. Mogelijk is er iets zwaars tegenaangevallen hoewel ik er tamelijk zeker van ben dat er niets zwaars in de nabijheid van de watermaker lag. Mogelijk is het gewoon "plastic-moeheid" geweest en vond het buisje het een geschikt moment om spontaan af te scheuren. We zullen er nooit meer achterkomen.

Toevalligheden

  • Als de hoes van het voorzeil niet ter reparatie was weggenomen dan hadden we waarschijnlijk niet zo'n haast gehad om het voorzeil neer te halen maar gewoon gewacht tot SAR er daadwerkelijk was of het hoofdzeil als eerste weggehaald.
  • Als dit niet de eerste keer was dat we het voorzeil zouden strijken zonder de lazyjacks en zeilhoes dan hadden we beter kunnen inschatten hoe lang het strijken van het voorzeil zou duren en waarschijnlijk de conclusie getrokken dat het wel meeviel en we best wat langer konden wachten.
  • Als het kantoortje van de haven bemand was geweest dan hadden ze een sleepje voor ons kunnen regelen.
  • Als we nog een keer hadden geroepen op de havenfrequentie dan had iemand anders geantwoord, iemand die later verklaarde onze eerste oproep te hebben gehoord en van plan was te antwoorden als we nog een tweede keer hadden oproepen.
  • Als SAR niet zo belachelijk lang van te voren had gezegd "We are almost there" dan hadden we niet zo lang met gestreken voorzeil rondgevaren en niet zo dicht de kust hebben genaderd.
  • Als we ongehoorzaam waren geweest aan SAR en toch even opnieuw de havenfrequentie hadden geprobeerd dan hadden we waarschijnlijk eerder hulp gekregen.
  • Als we de voorgaande dagen niet zo nadrukkelijk de acceleratiezones hadden meegemaakt dan zouden we verder de oceaan op zijn gevaren en verder uit de kust zijn gebleven.
  • Als de wind niet pal uit de haven had gestaan dan hadden we er op de wind naar toe kunnen varen.
  • Als de ondergrond anders was geweest en we niet net wat slechte ervaringen met ankeren hadden opgedaan dan zouden we eerder hebben geankerd.
  • Als er niet een verradelijke stroming had gestaan rond het rotsenveld dan zou SAR alsnog op tijd zijn geweest om ons tijdig weg te slepen.
  • Als de stroming ons naar een vlakker stuk had getrokken dan zou Omweg gewoon op beide kielen droog zijn gevallen.

Wat we ervan kunnen leren

Achteraf is het altijd gemakkelijk om te zeggen wat je beter had kunnen doen. Als we verder de oceaan op waren gegaan dan waren we niet op de grond gelopen, simpel zat. Maar als we op de oceaan vanwege de hoge golven en harde wind waren omgeslagen dan zou de conclusie zijn geweest dat we beter wat dichter bij de haven hadden kunnen blijven. Achteraf gezien had ik beter meer tijd kunnen steken in onderzoek in het motorcompartiment en het lek kunnen stoppen, maar in een ander geval zou dat betekend hebben dat er kostbare tijd verloren was gegaan en de redding wellicht met fatale gevolgen zou zijn uitgesteld.

Het belangrijkste dat we van dit incident hebben geleerd is dat er in iedere afgesloten ruimte van een boot een bilge-alarm hoort. Zouden we direct bij de eerste druppels water een alarm hebben gehad dan hadden we eenvoudig kunnen zien waar het water vandaan kwam, de oorzaak kunnen verhelpen, de motor kunnen sparen, en dan was dit alles nooit gebeurd.

Een ander belangrijk gegeven is dat de radio via een reserve accu moet kunnen werken, of dat er een handheld radio moet zijn die op de antenne in de mast kan worden aangesloten. Een systeem dat volledig afhankelijk is van het boordnet is eigenlijk veel te kwetsbaar. Gelukkig bleef het boordnet lang genoeg werken maar het had ook anders kunnen aflopen.

Ilona en ik hebben (nog) niet veel ervaring. Voor sommigen misschien aanleiding om smalend te zeggen "zie je wel" maar ik zie niet helemaal in hoe veel zeilervaring op bijvoorbeeld het IJsselmeer iets aan deze calamiteit zou hebben veranderd. Natuurlijk ben je op een nieuwe boot extra kwetsbaar, ben je in een nieuw vaargebied extra kwetsbaar, net zo goed als dat iemand die net zijn rijbewijs heeft extra kwetsbaar is of iemand die in een nieuwe auto stapt ook een grotere kans op brokken heeft. Als je dit soort situaties uit de weg gaat ontneem je jezelf ook de kans om ervaring op te doen. Iemand die zowel de boot als het vaargebied op zijn duimpje kent had wellicht andere en betere keuzes gemaakt maar die persoon heeft ooit ook voor het eerst rond dit vaargebied gevaren en was toen ook extra kwetsbaar. Uiteindelijk speelt er ook eek kwestie van geluk mee, en geluk hadden we op de bewuste dag niet helemaal in ons voordeel.

Hoe nu verder?

De bemanning

Voor mijn ouders was het een traumatische ervaring. Ze hebben er nooit problemen mee gehad dat wij met een zelfgebouwd vliegtuig gingen reizen, maar dat hele zeilgedoe vonden ze bij voorbaat al doodeng. Hun eerste ervaring op een zeilboot heeft dit alles er natuurlijk niet bepaald beter op gemaakt. We hebben erg met ze te doen dat ze dit mee hebben moeten maken, ook al hebben ze zich gedurende de hele operatie zeer kranig gehouden.

Ilona en ik hebben er geen trauma aan overgehouden. Dingen kunnen misgaan en het is een onwaarschijnlijke reeks van kleinigheden die uiteindelijk tot dit incident hebben geleid. De kans dat we nog een keer zoiets meemaken is bijzonder klein. Het is gek genoeg eigenlijk juist deze dag die ons bevestigt dat we de geplande wereldreis moeten gaan maken. Tot aan het moment dat we de motor wilden starten ging alles die dag perfect, het zeilen was leuk en we hadden goed het gevoel de boot aan te kunnen. Van de cruisersgemeenschap hebben we ontzettend veel ondersteuning gehad en het is een omgeving waar we graag deel van uit willen maken.

Omweg

Na het incident is het vertrouwen in onze boot alleen maar toegenomen: Ze is gebouwd als een tank en heeft bewezen tegen een stootje te kunnen. Ook de dubbele kiel biedt duidelijke voordelen. Tegenover het self-tacking-foresail hadden we in eerste instantie scepsis, maar de voordelen van dit systeem zoals de vormvastheid in gereefde toestand hebben ons overtuigd. Helaas heeft dit systeem tijdens dit incident tegen ons gewerkt omdat het neerlaten van het zeil wat gecompliceerd was, maar daar staat dan tegenover dat rolreefsystemen vaker haperen en daarmee ook voor problemen zorgen.

Hoewel de schade groot is heerst er optimisme dat alles kan worden gerepareerd. Het ontwerp van Reinke was bedoeld voor zelfbouwers en voor ieder rompdeel geldt dat het slechts in 1 richting is gebogen. De rompdelen kunnen dus eenvoudig uit vlakke platen aluminium worden gebogen en dat moet zelfs op Tenerife kunnen lukken. De beschadigde rompdelen kunnen eruit worden gesneden en er kunnen nieuwe delen in worden gelast. Het interieur is nagenoeg onbeschadigd maar zal wel deels in- en uitgebouwd moeten worden voor de laswerkzaamheden. Helaas hebben veel elektrische apparaten aan boord de calamiteit niet doorstaan en zullen dus moeten worden vervangen.

Omweg is (naar ons beste weten) goed verzekerd. De verzekering heeft al te kennen gegeven geen zin te hebben om een wrak over te houden op Tenerife, dus zal niet al te snel naar een total loss scenario gaan. Arbeid is niet zo duur op Tenerife, dus we verwachten dat het herstel goedkoper zal zijn dan volledige afschrijving.

Inmiddels is er een interessant herstel-scenario ontstaan. Onze verzekering is een Duitse verzekering omdat we de verzekering hadden overgenomen van de vorige Duitse eigenaren. Omdat de verzekering de boot al kende hoefde er dan geen duur en uitgebreid onderzoek plaats te vinden. Nu is reparatie op Tenerife een lastig ding. De lokale bevolking heeft een, laten we zeggen, zuidelijke werkmentaliteit en ons is toevertrouwd dat het woord Mañana niet zoals vaak wordt gedacht "morgen" betekent maar dat er "niet vandaag" mee wordt bedoeld. Nu heeft de vorige Duitse eigenaar Wolfgang, die de boot door en door kent, op Tenerife een yacht maintenance bedrijf opgestart. Wolfgang is op zoek naar klanten, de verzekering naar een (liefst) Duitse aannemer om de boot te laten repareren, en wij zijn op zoek naar een aannemer die we vertrouwen, de boot goed kent, en een West-Europese werkmentaliteit heeft... Een win-win-win situatie voor alle partijen die veel potentie biedt om Omweg weer zo snel mogelijk vaarklaar te krijgen. Hoe wonderlijk kunnen dingen soms uitpakken...

Uiteraard moeten we nu eerst afwachten hoe groot de herstelkosten zullen zijn, of de verzekering daadwerkelijk gaat uitkeren, en hoe lang de herstelwerkzaamheden zullen gaan duren. We zullen moeten duimen dat uiteindelijk alles op zijn pootjes terecht zal komen.


Reacties

Naam:
Email:
Tekens over:


Veel ervaring heb ik best wel, maar gelukkig nooit de nood zo hoog gehad als jullie! Met wat ik weet, en hier lees, denk ik dat jullie geweldig goed gereageerd en gewerkt hebben. Het bewijs is een boot op de werf, en jullie allemaal heelhuids op dezelfde wal. Petje af!!
1
0

Rob Dekker
Met natte handen het hele verhaal gelezen! Wat een ramp en wat een onprofessionele SAR. En dan ook nog rovende en stelende eilandbewoners die je schip even komen strippen. Ik denk niet dat ik dit had aangekund als het me was overkomen. Wat ik wel begrepen heb is dat jullie het in de gegeven omstandigheden toch op de beste mogelijke manier hebben opgelost. Daar mogen jullie best trots op zijn!
1
0

contact